Mutilator |
SPILL YER GUTS !!!!!! (Extra gore mod) |
|
|
|
Posted 27-07-2002 14:50 by Mutilator (Moderator) |
|
|
3voor12 site van de vpro:
Deel I:
--------------------------------------------------------------------------------
Sinds de lancering van de compact disc in 1983 is het eigenlijk al hommeles. De belangrijkste geluidsdrager op dat moment, de elpee, kostte rond de 25 gulden. Een compact disc met dezelfde muziek kostte toen al 42,95 gulden. Maar zoals met alle nieuwe technische ontwikkelingen verwachtte de consument ook bij de compact disc dat de prijs vanzelf omlaag zou gaan als de drager eenmaal ingeburgerd raakte. Het tegendeel gebeurde.
De onvrede over de hoge cd-prijs werd bovendien extra aangewakkerd door het feit dat in ons omringende landen de prijs van zon zilveren schijfje lager ligt. Vooral met Duitsland zijn de prijsverschillen groot. Een snel rondje leert dat de nieuwe Moby-cd bij verschillende Duitse online winkels niet meer dan 15 Euro kost; in Nederland kom je niet onder de 19 euro uit. Dit, samen met het feit dat vijf grote platenmaatschappijen tachtig procent van de markt beslaan, heeft de verhalen over kartelvorming en kunstmatig hooggehouden cd-prijzen in de hand gewerkt.
Die vermoedens klonken overigens niet alleen in Nederland. De Europese Unie deed in 2001 onderzoek naar de businesspraktijken van EMI, BMG, Warner, Universal en Sony Music. Aanleiding was het vermoeden dat deze labels druk uitoefenden op winkeliers om zich te houden aan een minimumverkoopprijs. Drie platenmaatschappijen bleken zich in Duitsland schuldig te maken aan deze praktijk. Nadat ze beloofden ermee te stoppen, werd het onderzoek stilgelegd.
Maar ook op nationaal niveau is er al het nodige papier volgeschreven over schendingen van handelswetten. Zo is het Engelse ministerie van Economische Zaken nog bezig met een onderzoek naar het blokkeren van parallelimport door de grote labels. En in de Verenigde Staten werd na een onderzoek naar het hooghouden van cd-prijzen een schikking getroffen door Sony, Warner, BMG,EMI en Universal. De platenmaatschappijen beloofden de Federal Trade Commission plechtig de eerstkomende zeven jaar geen prijsopdrijvende afspraken meer te maken.
Het alomtegenwoordige geklaag over hoge cd-prijzen heeft in Nederland nog tot verbazingwekkend weinig onderzoek geleid. De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMA), van overheidswege belast met onderzoek naar kartelvorming, heeft nog nooit gekeken naar de muziekindustrie. Ook niet toen de prijzen van cds bij de invoering van de euro opnieuw stegen en de Consumentenbond een eigen onderzoek naar de prijs van de cd bij de NMA deponeerde.
Wel is in Nederland één keer een platenmaatschappij veroordeeld vanwege het maken van illegale prijsafspraken. Arcade Music kreeg in 1999 een boete van 150.000 gulden aan de broek omdat het platenlabel niet wilde leveren aan enkele winkeliers die onder de adviesprijs wilden verkopen.
Houden de platenmaatschappijen nu onderling de prijs kunstmatig hoog? Ze hebben de schijn voorlopig tegen. Temeer omdat de platenindustrie jarenlang geen inzicht heeft willen geven in de prijsstelling van hun producten. De NVPI, de overkoepelende organisatie van de muziekindustrie, heeft in 2001 een boekje uitgegeven met daarin een verklaring van de cd-prijzen. Maar ook hierbij zijn de nodige vraagtekens te zetten. De meeste platenmaatschappijen doen nog steeds geen uitspraken over hoe de prijs van een cd nu precies tot stand komt.
En dus gaat 3VOOR12 op jacht. Welke kosten komen er allemaal kijken bij de productie van een cd? En moet een cd werkelijk kosten wat ie kost? Of kan het goedkoper? Is er werkelijk sprake van kartelvorming in de muziekindustrie, waardoor de muziekliefhebber teveel betaalt?
--------------------------------------------------------------------------------
Deel II:
--------------------------------------------------------------------------------
"21 euro voor een schijfje plastic met een boekje erbij!" Dat is een veelgebezigde uitspraak van mensen die de prijs van een cd aan de hoge kant vinden. Niet terecht natuurlijk, want een cd is veel meer dan de fysieke eigenschappen van het product.
Toch is het interessant om te kijken naar de prijs van het fysieke schijfje en doosje. Immers, een van de argumenten waarom cds bij de introductie veel moesten kosten, was dat het branden van cds duur was. De technologie van de cd was nieuw en er werden relatief kleine hoeveelheden cds gemaakt toen de schijfjes net in de winkel kwamen.
Nu is het moeilijk een gemiddelde prijs van een cd aan te geven. Verschillende factoren hebben invloed op de fabricageprijs per exemplaar. Natuurlijk is de oplage van groot belang. Als je een paar honderd cds bestelt, kosten ze per stuk meer dan twee keer zoveel dan bij bestellingen van vijf of tienduizend. Een standaard-cd, bestaande uit het schijfje met opdruk, jewel case(Het transparante plastic doosje) en een boekje van vier paginas kost ongeveer 60 eurocent. Let wel, dit is bij een oplage van 10.000 stuks, een oplage die veel albums niet halen.
Maar veel cds worden niet in een jewel case geleverd. Zon hip kartonnen hoesje, ook wel Digipack genoemd, is bijvoorbeeld al twee keer zo duur dan een reguliere jewel case. En sommige bands, zoals De Kift, maken van de verpakking een waar kunstwerk. Met de cd Gaaphonger spande De Kift de kroon; de fabricagekosten lagen op 3,20 euro per exemplaar. Marco Heijne van De Kift: "Dat werd wel een beetje gek. Koper, de laatste cd, hebben we laten maken voor 2,30 euro per stuk."
Toch is de winkelprijs van zon cd niet hoger dan andere albums. Waar zit hem dat dan in? Heijne: "Wij nemen alles op in een eigen studiootje. Verder hadden we toen geen deal met een platenmaatschappij. We deden alles zelf. Dat is een stuk goedkoper. Maar we nemen dan ook wel genoegen met een lagere winstmarge per cd".
De productie van cds is de afgelopen vijftien jaar geleden een stuk goedkoper geworden. Toen cds net het levenslicht hadden gezien, kostte de productie van zon schijfje al gauw 1,40 euro. Zonder boekje of doosje. Nu is dat minder dan de helft. Hetzelfde gebeurt nu met de DVD. 2 jaar geleden vroegen de perserijen ongeveer 2 euro per DVD, nu liggen die prijzen rond de 1 euro.
De fabricagekosten zijn de afgelopen jaren dus goedkoper geworden. Maar dat wil nog niet zeggen dat cds goedkoper kunnen. Het fysieke plaatje en doosje zijn immers maar een klein deel van de kostprijs van een cd. Daarom volgende week in deel III van dossier cd aandacht voor zaken als opnamekosten, producers en royalties. Kortom, de muziekkosten.
--------------------------------------------------------------------------------
Deel III:
--------------------------------------------------------------------------------
In aflevering 2 van dossier cd keken we naar de productiekosten van een gemiddelde pop-cd. Voor ongeveer zestig eurocent wordt het plastic plaatje geperst en voorzien van een doosje en een boekje. Maar dat is nog maar het begin. In deel III aandacht voor de opnamekosten. En daar komt nog wel wat bij kijken.
Het gebruik van een geluidsstudio is niet goedkoop. De kleinere studios rekenen rond de tweehonderd euro per dag, met inbegrip van een geluidstechnicus. Maar in de duurdere studios, zoals Wisseloord of Studio Arnold Muhren, ben je over de duizend euro per dag kwijt, exclusief technicus. De ervaring van deze studios leert dat de (grote) artiesten die er opnemen liever hun eigen technicus meenemen. Deze studios bieden natuurlijk wel een betere geluidskwaliteit dan hun kleinere broertjes.
De grotere artiesten nemen rustig de tijd om een cd op te nemen. Maanden studiotijd is geen uitzondering. Maar, zo vertelt Arnold Muhren van de gelijknamige studio, ook een groep als Twarres verblijft zes weken in de studio voor een nieuw album. Er is dus een stevig budget nodig voor studiohuur, inhuren van muzikanten en een producer. Muhren: "Je praat zo over 100.000 euro."
Volgens de cijfers van de overkoepelende organisatie van platenmaatschappijen, de NVPI, zijn de kosten van studio en muzikanten gemiddeld ruim twee euro per cd. Dat betekent dat in het geval van Twarres de platenmaatschappij minimaal 50.000 stuks moet verkopen om de opnamekosten eruit te halen. Dat is een risico, maar de vorige plaat verkocht meer dan 100.000 stuks, dus onmogelijk is het zeker niet.
Je kunt het ook omdraaien. Neem een beginnende band die van een debuutalbum 1500 stuks verkoopt. Als deze band meer dan 3000 euro heeft uitgegeven aan de opnames van het eerste album, zal de platenmaatschappij verlies draaien op de opnamekosten van dit debuutplaatje. De 2 euro die het NVPI aangeeft, zal dan ook moeten worden gezien als een gemiddelde. De tekorten die ontstaan omdat veel cds slecht verkopen, worden dan goedgemaakt met de cds die wel honderdduizenden keren over de toonbank gaan.
Of het goedkoper kan is dan ook moeilijk in te schatten, maar het argument dat cds duurder zouden moeten zijn omdat de kosten zijn gestegen, wordt niet onverdeeld gesteund. Zo zitten artiesten volgens Coen Bais van de Wisseloord studios niet langer in de studio dan pakweg tien jaar geleden. En de studiokosten zelf zijn volgens Bais ook niet gestegen: "Er is geen inflatiecorrectie geweest, niets. De prijzen zijn eerder gedaald vanwege de sterke concurrentie."
En daar komt nog iets bij. Nu de gemiddelde nieuwe thuis-pc de opnamekwaliteit van een studio van 10 jaar geleden aardig benadert, nemen steeds meer (beginnende) bands hun nummers gewoon thuis op. "Die komen dan alleen nog met hun bestanden om die hier te mixen", vertelt Arnold Muhren. Zelfs een goedverkopende band als Blof nam hun laatste cd gewoon thuis op, om vervolgens naar de studio te gaan om het project af te ronden.
Deel IV van dossier CD: De marketingkosten
--------------------------------------------------------------------------------
Het marketen van muziek is allang geen vies woord meer. Niet alleen de Britneys van deze wereld kennen marketingplannen, ook een kleine band verkoopt geen platen zonder een marketingplan en bijbehorend budget. En dat kost geld. Veel geld.
Zelfs cds van een band als Peter Pan Speedrock krijgen een marketingbudget toegewezen. Maar, zo vertelt Ronald Drayer van Suburban Records: "De marketingbudgetten liggen bij ons wel een stuk lager dan bij de grote maatschappijen." Zo geeft Suburban ongeveer 1 euro per cd uit, waar volgens de NVPI de gemiddelde marketingkosten per popcd op zon twee euro liggen. Maar bij Suburban verkoopt zijn cds ook voor iets minder aan de winkelier dan de grote labels.
De majors spenderen inderdaad ongeveer twee euro per cd aan marketing en promotie. En dat geld zit in de meest uiteenlopende zaken. Er moeten natuurlijk videoclips gemaakt worden, en er worden middelen ingezet om de nieuwe singles gedraaid te krijgen op radio en televisie. Maar dat is pas het begin.
Want er wordt tegenwoordig steeds meer reclame gemaakt voor muziek op radio en televisie. Reden daarvoor is volgens Paul Muller van Capitol Records dat er steeds meer radio en televisiestations zijn, die ook nog eens meer op elkaar lijken. "Daardoor wordt de potentiële doelgroep van een artiest versnipperd. Om die doelgroep te bereiken zijn er steeds duurdere campagnes nodig." Voor die tv-campagnes betalen de winkeliers overigens een bijdrage. Op de inkoopprijs voor een winkel komt vaak 50 eurocent tv-toeslag als er een televisiecampagne wordt gestart rond de betreffende artiest. Maar volgens de platenmaatschappijen dekt die toeslag de kosten niet.
Ook Steijn Koeijvoets van Play it Again Sam heeft het idee dat er steeds meer geld aan marketing uitgegeven wordt. "Het draait minder om de muziek en meer om lifestyle. Er komen steeds meer bands a la de Spice Girls waar veel geld in marketing gepompt wordt." Maar ook zonder dit soort marketinggestuurde acts geeft Play It Again Sam wel twee euro per cd aan marketing en promotie uit.
Naast de kosten voor reclamecampagnes bestaat er ook nog zoiets als toursupport. Een tournee kost veel geld, en omdat concerten veel promotie opleveren, betaalt een platenmaatsschappij vaak mee aan een tournee. Vooral bij beginnende bands gebeurt dit, maar PIAS betaalt ook mee aan een tournee van bijvoorbeeld Muse. Koeijvoets: "Die band neemt een grote lichtshow mee, dat is flink duur." Toch ziet Koeijvoets de toursupport vaak niet meer dan tien procent van het marketingbudget in beslag nemen.
En dan is er nog het internet. Verfoeid door de platenmaatschappijen vanwege de illegale MP3s, maar als marketinginstrument blijkt het wereld wijde web wel geschikt. Koeijvoets: "Je kunt mensen er heel direct benaderen. Daarnaast is het een goed middel om een band een bepaald imago mee te geven." Maar het bouwen van al die internetsites voor bands is ook niet al te goedkoop.
Volgens Muller zijn de kosten van promotie op internet alleen maar extra: "De kosten voor artistwebsites zijn additioneel en kunnen nog niet vervangend zijn voor andere kosten." Maar Muller heeft nog een reden waarom internet de kostprijs van cds alleen maar opdrijft. "Omdat mensen veel branden van internet verkopen we minder cds. En dus moeten de hogere marketingkosten ook over minder cds verdeeld worden."
Deel V:
--------------------------------------------------------------------------------
De consument klaagt al jaren dat cds te duur zijn. Onzin, roept de muziekindustrie, cds hadden eigenlijk veel meer moeten kosten. De consumentenbond heeft demissionair minister Zalm zover gekregen dat hij onderzoek gaat laten doen naar de cd-prijzen in Nederland. Voor dat onderzoek moet er nog veel gebeuren.
Er hangt al jaren een waas over de cd-prijzen in Nederland. Waar de consument klaagt en jammert over cd-prijzen die steeds hoger worden, houden de platenmaatschappijen zich angstvallig stil over het onderwerp. De meeste platenmaatschappijen willen er niet over praten; de vraag waarom het schijfje moet kosten wat ie kost wordt steevast afgedaan met geen commentaar. En als er dan iets gezegd wordt, is het een verwijzing naar het NVPI, die een boekje uitgaf met daarin de uitleg over de prijsopbouw.
Het boekje van NVPI met de onthullende titel De Muziekindustrie Binnenstebuiten legt inderdaad uit hoe de prijs van een gemiddelde pop-cd tot stand komt. Eindelijk kunnen consumenten begrijpen waarom er zoveel betaald moet worden voor een cd. In een overzichtelijk lijstje (zie rechts), wordt aangegeven welk percentage van de ppd (De prijs die een winkelier betaalt voor een cd) waaraan uitgegeven wordt. Zodat voor eens en altijd duidelijk wordt waarom een nieuwe pop-cd voor 13 euro aan de winkels wordt verkocht.
Helaas. Het lijstje van de NVPI ziet er weliswaar gedegen uit, in een duur fullcolourboekje met een gratis cd en DVD erbij, de cijfers kloppen van geen kant. Zo geeft het boekje aan dat er per cd 9 procent van de ppd naar auteursrechten gaan. De negen procent is correct, zo bevestigt auteursrechtenorganisatie Stemra. Maar de bedragen die in het lijstje staan, kloppen niet met de percentages. Hoe de prijs van een cd is opgebouwd, blijft vooralsnog een raadsel.
Bij navraag geeft Jonne Boesjes van het NVPI aan ook niet te begrijpen waarom de cijfers niet kloppen. Wel verwijst de woordvoerster naar de website van het NVPI, waarop hetzelfde lijstje, maar dan kloppend, 'al twee jaar te vinden is.' Het lijstje blijkt te gaan over de gemiddelde prijsopbouw van een pop-cd in 2001. Het online-lijstje gaat daarnaast uit van een gemiddelde ppd van 12,75, en niet van 13 euro, zoals het boekje. De cijfers van het NVPI lijken dan ook eerder nattevinger werk dan het gevolg van een gedegen onderzoek.
Of de cd-prijzen in Nederland inderdaad te hoog zijn, is hier niet mee gezegd. Maar dat de muziekindustrie op deze manier de verdenking van te hoge cd-prijzen niet oplost, is duidelijk. 3VOOR12 blijft zoeken.
[Dit bericht is gewijzigd door Mutilator op 27-07-2002 14:51]
The quality of our perceptions determines the quality of our judgement. Our judgement determines how we interact with the world. How we interact with the world changes the world. So, the quality of our perceptions changes the world.
|