De Tegenpartij |
|
|
|
|
Posted 14-04-2009 21:35 by De Tegenpartij |
|
|
Uit de ergste treitertrends(1976) van kees van kooten :
Zeg?
- Ja?
Heb je dit wel eens gedaan?
- Wat?
Gelachen om zomaar een man. Je tong aan een brugleuning laten vastvriezen. Een eekhoorn achterna gezeten?
- Nee, nooit. Heb ik eigenlijk nooit zo bij stilgestaan.
Ook niet je hart om zo maar niks laten juichen? Nooit gehuild toen het circus door het dorp trok?
- Ach, weet je wat het is...
De tijd op het puntje van je tong laten stilstaan. Uren met een lammetje praten. Blij zijn met een dropje. In de regen op de bus wachten en het lekker vinden. De kleuren van de regenboog tellen. Een arm om je eigen schouder slaan. Het pootje van een porceleinen hondje spalken.
- Weet je hoe het mij is? Ik zou het allemaal wel willen, maar d'r komt altijd net iets tussen.
Dus je hebt nog nooit gedronken uit een vingerhoed? In de goot gelegen en alle klokken stukgedacht? De riempjes van haar sandalen aan elkaar gebonden? Nog nooit om het hardst naar de horizon gehold?
- Dat zeg ik net joh; in principe voel ik er veel voor, maar ik heb altijd wel iets moeilijks aan m'n kop.
Hoe is het mogelijk. Nog nooit gevochten om de laatste lucifer. Nog nooit je riem uit je broek gehaald en om je hoofd gebonden. Een kinderkaartje gekocht. Achterstevoren in de bioscoop gezeten. Gevoeld hoe blauw de lucht is, met je ogen dicht?
- Zelf vind ik het ook vervelend, hoor, begrijp me goed; maar vaak neem ik me die dingen voor en op de een of andere manier komt het er dan weer niet van.
Hoe bestaat het, hoe bestaat het. Maar dat moet toch een onhoudbare toestand voor jou zijn? Ik moet er in elk geval niet aan denken. Het idee alleen al: Nooit samen de andere helft van een schelpje zoeken. Nooit zo hoog mogelijk tegen een berkeboompje plassen. Met je ballpoint oorbellen op haar lelletjes tekenen. Wie de meeste ijslollies kan eten. Alles al eens eerder beleven. Een slee aan de bumper binden. Een rooie en een blauwe sok aantrekken. Het haantje van de toren uitlachen.
- Ik zou gewoon niet weten waar ik de tijd vandaan zou moeten halen, dat is het hele probleem.
Dat maak je mij niet wijs. Daar is altijd tijd voor te vinden. Een hoed uit de krant vouwen en aan een oude schipper cadeau geven. Aan het water zitten en niet naar de overkant willen. Een bruine kippeveer rechtop in je kruin steken.
- Je moet namelijk niet denken dat ik er geen interesse in zou hebben, want zo is het helemaal niet.
Samen lege flessen terug brengen. Doen wie het eerst is uitgekleed. Een hele middag met een lekke bal voetballen. Dat heb jij dus allemaal nog nooit gedaan?
- Nee.
Dan moet jij dit eens roken.
En dat, als ik 'em dan in m'n mond stop en ik bijt, doorbijt, dattie dan zo ineens bwehlehlee whe. Zo loopt, in m'n mond. Dus dat het nat wordt en zoet, in m'n mond. Dát wil ik.
|